© 2009 the website story
1924 Willem Antonius van Boxsel wordt op 15 juni 1924 geboren te Singapore als zoon van Toon van Boxsel en Mien Roelen. Zijn vader is werkzaam als administrateur bij de Koninklijke Pakketvaart Maatschappij. In 1927, tijdens een half jaar verlof in Nederland wordt zijn broer Teun geboren.
1927 De familie verhuist naar Medan, Sumatra. In 1929 wordt zijn zus Anneke geboren.
1933 Ze verhuizen naar Teloek Bajoer in Oost-Borneo. Hij maakt op tienjarige leeftijd zijn eerste stripverhalen, geïnspireerd door Alex Raymond, tekenaar van Flash Gordon.
1937 Tien maanden verlof in Nederland.
1938 De familie verhuist naar Batavia, West-Java. Slechte resultaten op het CAS-Lyceum. In een brief uit 1939 schrijft zijn vader: 'als 't niet gaat, laat ik hem na 3 jaar HBS reeds stoppen. Z'n teekenen en opstellen blijven perfect, hij zal wel als reclameteekenaar of zoo iets z'n kost moeten verdienen later; talent heeft hij gelukkig, daar heb ik reeds deskundige uitspraken over.'
1941 Verhuizing naar Bandoeng. Zijn vader stuurt hem naar een Filippijnse boksschool. Thuis in de tuin staat een boksring waarin hij met zijn vader bokst; 'Denk niet dat hij mij spaarde'. Niettemin is hij zijn vader eeuwig dankbaar voor de lessen. De resultaten op school blijven slecht: 'Er waren twee gelukkige momenten in mijn jeugd; het eerste was de inval van de Duitsers in Nederland. Omdat dit het einde van de lessen Duits betekende, een vak waarin ik zwaar onvoldoende stond. Het tweede moment was de inval van de Japanners, omdat ik op het punt stond voor de tweede keer te blijven zitten, wat mij ongetwijfeld op een ongenadig pak slaag was komen te staan van mijn vader.'
1942 Op 14 november wordt hij door de Japanners geïnterneerd in het politiebureau Tjitjendo (Bandoeng); eind 1942 gaat hij naar het interneringskamp Tjitaroemplein.
1943-44  Zijn vader, tewerkgesteld aan de Birma-spoorweg, overlijdt op 5 augustus 1943 in het kamp Canbury in Siam.  Pim gaat op 12 oktober naar het Baroskamp Tjimahi. In de kampen heeft hij honderden portretten en karikaturen getekend in ruil voor voedsel en lessen Spaans. Tekeningen van kampsituaties bevinden zich in het Museum voor Onderwijs te Den Haag.
1944 Van 16 oktober tot het eind van de oorlog in kamp Tjimahi (4e™9e Batt.). 'Ik herinner mij dat we in de oorlog in de interneringskampen in het gedèk van de wanden van de barakken op ooghoogte (als je zat of hurkte) rechthoekjes uitsneden om te kijken naar wat er buiten de barak gebeurde. Had boven het mijne aan de buitenkant een plaatje van een rood schemerlampje met de tekst: 'Madame Sylvia, masseuse' geplakt. Dat werd helemaal niet leuk gevonden en 't gaf aanstoot. Er werd geklaagd bij de Hantjo van de barak, die zei: "Zou je het maar niet weghalen, Harry?", want zo noemde hij me. Harry, dat vond hij een naam die bij me paste.' Op 15 augustus 1945 capitulatie van Japan.
1946 Repatriëring. Hij verhuist al snel naar Amsterdam, en belandt 'per ongeluk' op de Kunstnijverheidsschool in plaats van op de Akademie. 'Iemand had gezegd: bij het Rijksmuseum en bij direkteur Stam. Maar Stam was direkteur van beide scholen, en de scholen zijn allebei in de buurt van het Rijksmuseum, vandaar het Grote Misverstand.' Blijft slechts 1 maand. Keert in 1947 als corveeër terug naar Indië aan boord van een schip dat repatrianten ging ophalen. Tekent menukaarten. Werkt in de volgende jaren bij Geesinks-producties (tekenfilms), en bij reclamebureau Pätz. Hij volgt avondlessen modeltekenen aan de Rijksakademie. Vertrek naar Parijs waar hij half jaar werkt bij reclamebureau 'Star'. Neemt balletlessen. Hij keert terug naar Amsterdam: 'Ik zat lekker in Parijs op een reclamebureau te tekenen en toen kwam een studiebeurs af voor de academie. Daar heb ik alleen droeve ellende en onzekerheden opgedaan.'
1950 Begint te tekenen voor de Geïllustreerde Pers. Illustreert voornamelijk romantische vervolgverhalen in de Margriet en de Revue.Werkt verder voor Vrij Nederland, de Arbeiderspers, Week in Beeld enzovoort. Maakt cartoons en vignetten voor Mandril, en tekeningen voor de reclame.
1954 Reportagetekeningen voor Het Parool. Maakt illustraties voorkinderboeken. Neemt enkele bokslessen.
1956 Eerste van een reeks bezoeken aan Ibiza. Trouwt op 1 december met Janneke Laméris. In 1957 wordt zoon Matthijs geboren, in 1960 dochter Renée. Illustraties voor Het Boek voor de Jeugd en Het Winterboek. Werkt voor de Vara-gids. Illustreert de Biggles-serie voor het Spectrum (tot in 1966). Maakt boekomslagen voor de Bezige Bij en Querido.
1961 Publiceert voor het eerst 'vrij' werk in Taboe no.4: 'De andere wereld van Pim van Boxsel'. Expositie met de groepering Stuwing in het Stedelijk Museum. De Tijd: 'plezier kan men beleven aan de fantasierijke tekeningen van Pim van Boxsel; het zijn expressieve vreemde surrealistische wezens, die zijn bladen bevolken, misschien niet overal even fris, maar knap getekend en getuigend van een eigen stijl'. Hij werkt aan het stripverhaal Cartouche in de Romance.
1965 Hij besluit minder commercieel werk aan te nemen en zich te wijden aan 'vrij' werk. 'Illustreren vond ik niet zo bevredigend;die telefoon, die haast, dat meepraten van minkukels (vooral graphische ontwerpers die zoals u weet de natuurlijke vijanden van illustratoren zijn), dat lange wachten op je geld, het gemak waarmee iedere langslopende boerenlul een oordeel velde over je tekening, de belastingdruk'.
1965 Stelt samen met Alfons van Heusden voor de Arbeiderspers Daar Zeg je Wat samen, een verzameling foto's en prenten die spreekwoorden in een ander licht stellen.
1966 Start in maart een reeks politieke prenten voor De NieuweLinie. 'Ik wist helemaal niet dat ik dat kon; ik ben politiek nietzo doortrapt, gooide het meer op het kijkspel; meer commentariërend dan dat ikzelf een visie gaf. Als politiek tekenaar moet je zo ongenuanceerd mogelijk zijn. Je moet een boodschap overbrengen. Ik ben eigenlijk meer een romanticus.' Ook verschijnen De wonderlijke avonturen van Philomene in tekeningen verteld door Pim van Boxsel. Een verhaal zonder woorden in 70 tekeningen. Door de Hilversumse Steendrukkerij De Jong en Co. in 3000 exemplaren uitgegeven als relatiegeschenk in de reeks Kwadraatbladen, grafisch verzorgd door Pieter Brattinga. Het boek krijgt lovende recensies in de kranten en vakbladen als Idea, Graphis, en Beaux Arts: 'Le style un tantinet sophistiqué, doucement farfelu et délirant, avec de charmantes pointes érotiques. Il est un subtil amalgame de Jugendstil décadent, de réferences a Punch, de rappels du Newyorker, plus Van Boxsel. Soixante-et-onze images raffinées nous conduisent dans une Espagne de fantaisie où diverses époques se rejoignent en une sorte de carnaval baroque où Icare rencontre lutteurs, toréadors, Japonais, histrions, Maures et Arlequins. L'aventure commence comme par hasard et pourrait se poursuivre à l'infini.' Een reeks satirische ruimtevaartprenten wordt paginagroot gepubliceerd in de Revue; 'Die hele ruimtevaart heeft nog nooit zo'n diepe indruk op me gemaakt als toen ik las dat ruimtevaarder John Glenn, uitgegleden op een badmat ik weet niet wat allemaal gebroken heeft'.
1967 Groepstentoonstelling in Dordrecht bij Pictura. Tekeningen voor de Avenue (tot in 1969). Hij stopt radicaal met het werk voor de Geïllustreerde Pers. Aangesteld als docent tekenen op de Akademie voor Beeldende Kunsten in Arnhem. Eerste van in totaal 30 schetsboeken, de zogenaamde 'dummy's'.
1968 Tentoonstelling in Cinema Du Midi te Den Haag.
1969 Uit een brief aan de Akademie naar aanleiding van 'democratische hervormingen';  'Ik vertrouw het gebruik van het woord "democratie" voor geen cent; z.g. "democratische spelregels" hebben al menige kunstenaar en student een hersenschudding of dienstplicht in Nieuw-Guinea bezorgd. Wat betekent overigens: "beelden kernpunt, inhoudelijke taakomschrijving, adhoc, vraagpunten die verdere bespreking behoeven, een stuk individueel onderzoek, aanbiedingspaketten"? Zonder te verwijlen bij de gedachte: wat zou het toch voor een menstype zijn dat zulke zinnen in mekaar weet te zetten! vraag ik me af: zou een kunstenaar die geen kritische functie binnen welk kader ook, van welke maatschappij dan ook, "wil beleven", zou die kunstenaar werkelijk niet kunnen functioneren?' 
Publiceert tekeningen in Pulp, Bijster en Raster. In augustus tentoonstelling in Galerie d'Uitkijk Den Haag. In de lovende recensies wordt de 'uitvoerige, luchtig gracieuze tekenstijl' geprezen: 'Het is juist de indruk dat de tekenaar zich volkomen ongedwongen in zijn fantasieën kan uitleven, die aan deze tekeningen hun authenticiteit geeft.' Haagsche Courant In november tentoonstelling bij Ina Broerse te Amsterdam.
1970 Het boek Sierzaad verschijnt bij uitgeverij Arcanum. Opnieuw goede recensies. 'Een handvol angst en agressie is er in dit prachtige boekje verzameld.' (de Volkskrant)
Geeft veel interviews: 'Spanning is altijd creatief. Je moet voor jezelf een raadsel blijven. Remmingen hebben, daar put je kracht uit; alles is het resultaat van spanning'. Hij noemt als inspiratiebron voor het decor de eilanden uit zijn Indische jeugd, maar ook de bezoeken aan Ibiza en de waddeneilanden. 'Tekenaar Pim van Boxsel houdt van zoet; thee, koffie en zelfs pils met tien scheppen suiker, mierzoete likeur en wijn, zoete puddinkjes, slagroom en chocolade. Is doodsbang voor onstuimige draaikolken, kermissen, carnaval, circussen, telefoontjes. Aan het eind van een feestje zingt hij immer zijn lievelingslied: Het Angelus klept in de verte. Om een eind aan het onderwerp te maken ('Zeg wat gênant dat gepraat over mezelf. Kunnen we het niet over wat anders hebben') merkt hij op dat hijzelf - evenals de poes - een betoverd prinsesje is. Vara-gids De VPRO wijdt een televisiefilmpje aan zijn werk. Hij werkt mee aan Variaties op Variaties, een reeks satirisch-erotische prenten voor de Bezige Bij. Publiceert tekeningen in Aloha. Hij exposeert in het GSA te Hilversum.
1971 Illustreert een kalender over zeerovers, Theatrum Piraticum voor Billiton-van der Rijn, bij een tekst van Jan Vos uit de 17e eeuw. De 36 tekeningen worden geëxposeerd in Het Amsterdamsch Literair Café.
1972 Tentoonstelling in Galerie de l'Abbaye te Brussel. Begint aan een reeks portretschilderijen.
1976 Verkoopt tekeningen over kickboksen in Amsterdam aan het Gemeente-archief. Verhuist naar atelier in de Van Baerlestraat.
1981 Raakt overspannen en wordt medisch afgekeurd; 'Een moeras, die academie, met z'n aanspoelsels uit "kunst"- en ambtenaren wateren.' Hij verhuist naar een atelier in Loods 6 aan de Surinamekade, Havens Oost in Amsterdam. Doet mee aan ateliertentoonstellingen. In Palet en Tekenstift verschijnt een artikel waarin hij spreekt over zijn 'derde carriére' als kunstschilder.  Hij breekt de pink van zijn rechterhand; ten gevolge van een fout bij de operatie staat de vinger sindsdien in de 'ideale tekenstand'.  Voelt zich steeds meer geïsoleerd, en raakt in een diepe depressie: 'Ik heb soms wel eens het gevoel dat ik weer in een kampbarak zit. Rotzooi, vuilniszakken op de gang, onaangepastheid van de Spockjeugd, de gehorigheid'.
1984 Hij verhuist naar een atelier in de 'Vrouwenkliniek' op het voormalig WG-terrein in Amsterdam. Publiceert tekeningen in Studio, Zeitschrift für Bildergeschichten. De Topografische Atlas van het Gemeente-archief Amsterdam koopt tekeningen van boten op het IJ. Hij exposeert op de jaarlijkse ateliertentoonstellingen.
1986 Groepsexpositie in Sport Art Gallery in Amsterdam
1989 Aankoop van tekeningen van het WG-terrein door de Topografische Atlas. Meent dat 'zo ongeveer de tijd is aangebroken voor mijn debuut'. Toenemende hartklachten.
1991 Geeft openbare college's over kinderprentenboeken in het Open Haven Museum. Schrijft een Ode aan de waterloper of luctor et emergo: 'Hoe groot moet iemands geloof zijn om een (aangelijnd) hondje met zich mee over het water te voeren, in plaats van het dier op een vlotje mee te trekken? Zou een beetje waterloper 't water naast zich in een emmer kunnen opscheppen'. Tentoonstelling in stadsdeelkantoor Oud-West. Hartklachten nemen toe: 'Ik ben even gestopt met over water te wandelen. Ik wil wel, maar 't hart wil niet mee.'
1992 'Ik ben nog steeds bezig mij om te scholen van illustrator tot "Vrij Kunstenaar". Moeizaam.' Exposeert zijn schetsboeken in het Open Haven Museum. Na terugkomst van vakantie ontdekt hij dat er ten gevolge van een lekkage tientallen tekeningen zijn verwoest, evenals de vele kranten en kalenders die hij jarenlang had 'bijgewerkt' met bizarre tekeningen.
1994 Doet mee aan tentoonstellingen in het Open Haven Museum en in het stadsdeelkantoor Oud-West. Zijn gezondheid gaat snel achteruit. 'Er begint zich een zenuwtril in mijn schrijfhand te openbaren, jawel'.
1995 'Tegen doodgaan heb ik geen bezwaar, als het maar niet met een langdurig machteloos lijden en broddeloperaties gepaard hoeft te gaan. Zo min mogelijk publiek, dat zou ik wel willen.' Op 19 september overlijdt Pim van Boxsel op 71-jarige leeftijd aan een hartstilstand na een hartoperatie in het AMC te Amsterdam.

2009 Het Rijksprentenkabinet te Amsterdam koopt drie schetsboeken en 25 tekeningen.


Oproep: Pim van Boxsel heeft zelden of nooit foto's genomen van zijn eigen werk, en evenmin aantekening gemaakt van door hem verkochte tekeningen. Degenen die in het bezit zijn van één of meerdere van zijn werken wordt vriendelijk verzocht dit aan ons door te geven, liefst met een omschrijving van de afbeelding, en vergezeld van een foto of fotocopie.